Waarnemingen 2025
Oud nieuws
Terwijl het al eind augustus is en we dankzij een gunstige weersvoorspelling reikhalzend mogen uitzien naar het echte paddenstoelenseizoen starten we deze rubriek met 'oud nieuws' in drie afleveringen. Te beginnen met berichten die al bij ons in januari en februari binnenkwamen en eigenlijk grotendeels in het verlengde liggen van het vorige seizoen.
Lastige fluweelpootjes
Daar sloten we de rubriek in 2024 mee af (zie daar). Geertje Geertsma reageerde hierop en stuurde naast een mooie foto van het Gewoon fluweelpootje (Flammulina velutipes sl.) de foto (links) met daarop een fraaie, lichte uitvoering van een fluweelpootje die ze enkele jaren eerder maakte, waarbij het de vraag was of dit een aparte soort is. Zonder microscopisch onderzoek valt hierover niets te zeggen, maar wel dat er veel lichte/witte varianten voorkomen, zoals ook bij planten, vogels (en mensen). Naast het begrip variëteit kennen we de term forma. Een 'forma' (f.) die we in onze omgeving met regelmaat zien is die mooie goudkleurige uitvoering van de Holsteelboleet (Suillus cavipes f. aureus). Maar er zijn veel meer variëteiten. Een linkmiegel is de witte uitvoering van de Groene knolamaniet (Amanita phalloides var. alba). Het komt nog steeds voor dat een feestmaal eindigt in een galgenmaal.
Validatiecriterium
We lopen er regelmatig tegenaan: de vereiste om materiaal microscopisch te onderzoeken alvorens er een naam aan te geven. Waar eerder gold dat je bepaalde soorten in het veld mocht benoemen, wordt nu meer gevraagd. Zo mocht de Gewolkte russula (Russula brunneoviolacea) in het veld worden benoemd, maar nu niet meer, want een vergissing is gauw gemaakt. Dit geldt ook voor soorten als de Roze geelplaatrussula (R. decipiens) en zelfs voor de Abrikozenrussula (R. risigallina) die ik toch in het veld meen te herkennen. Voor franjehoeden geldt dat er bijna altijd gemicroscopieerd moet worden, ook de Sierlijke franjehoed (Psathyrella corrugis). Grishja van der Veer ontfermde zich vorig jaar in het Natuurschoonbos over enkele franjehoeden, waarbij ook een Satijnsteelfranjehoed (P. lutensis) bevond. Hieronder zijn bevindingen + foto's.
Project G.G.
Je zou kunnen denken dat G.G. staat voor GigaGroot, maar het zijn de initialen van Geertje Geertsma. Hoe dan ook, een groot project is het wel. In januari meldde ze dat ze in een schetsboek een beeldverslag maakt van wat ze in het Stadspark Groningen ziet en ervaart. Heel brutaaltjes meldt ze dat dit wellicht leidt tot een boek, want stadsnatuur staat immers volop in de belangstelling.
Later meer over haar project
Vroeg in het jaar
We kunnen er een wedstrijd van maken: Wie ziet de eerste Rode kelkzwam van het jaar? Dat zou al op Nieuwjaarsdag kunnen, maar Leo de Vries kwam iets later met deze foto. Mooi, in een natuurlijke setting, op licht begraven loofhout. Hierbij blijft de vraag of het gaat om 'de echte' Rode kelkzwam (Sarcoscypha coccinea) of de Krulhaarkelkzwam (S. austriaca). Om benoemd te worden moet materiaal onder de mic worden gemikt.
Een plaatje blijft het wel.
Nog een mooi plaatje
Ik overweeg deze foto te vergroten en met een mooie lijst eromheen aan de wand te hangen... Een mooi stukje bijzondere kunst. En met als titel: "Goede huisvrouw paddenstoel". Deze naam begeleidt de foto van Marian Hulscher die ze in haar oude huis van een (vergeten) gootsteen maakte. Het laat veel te raden over... Bijvoorbeeld: wat zijn dat mooie zwammetjes en welke soort is het? Het linker exemplaar laat een ringetje zien en dan ga je al gauw denken aan een Geringd breeksteeltje (Pholeotina arrheni). Maar deze soort kent dubbelgangers en welk milieu prefereren ze.
Nogmaals: De foto laat veel te raden over...
Kiekjes van Hugo
Hugo Arends verrast ons regelmatig met, wat hij noemt, kiekjes, vooral uit zijn eigen kleiïge woonomgeving in de Groningse wijk Beijum. We laten er een paar van zien. Hiernaast zien we de Boomgaardvuurzwam (Phellinus tuberculosus). In Naam & faam staat hij nog genoteerd als zijnde Kwetsbaar, maar anno 2025 wordt hij overal in Nederland gezien en is het een algemene soort. Dat geldt zeker ook voor de Gewone oesterzwam linksonder (Pleurotus ostreatus) die zich na verloop van tijd had ontwikkeld op een stuk hout dat hij van een boomverzorger had gekregen die wist te melden dat er een paddenstoel op groeide. Hugo had er een mooi maaltje aan. Zo mooi als hij hier op kleur is, en zoals je ze graag ziet, tref je ze niet aan in de bakjes die je in de supermarkt (of bij de groenteboer) koopt. Bij de foto rechtsonder meent Hugo dat het in de richting van een tonderzwam gaat, maar dan een anomalie is.
Hoe dan ook, wij kunnen er geen chocola van maken. De zwam ziet er wel heel apart uit. Een understatement.

Wat zou dit kunnen zijn
Het is een vraag die regelmatig wordt gesteld en soms kunnen we er direct antwoord op geven en soms niet. Hier bleven we het antwoord schuldig en dan worden mensen benaderd die er wellicht antwoord op kunnen geven. De foto werd gestuurd door Geertje Geertsma die hem kreeg van een zekere Bert de Vries met als info dat de schimmel op een dode berkentak groeide. Bij het zien van de foto dacht Roel Douwes aan een Franjetandjeszwam (Hyphodontia barba-jovis), maar haastte zich er bij te zeggen dat het zonder microscopisch onderzoek (een vereiste) puur speculatief is. Interessant was de reactie van Roeland Enzlin die eens een vergelijkbare foto kreeg van Marc Detollenaere. Hij wist later te melden dat het de Geurende stekelkorstzwam (Mycoacia nothofagi) was. Dat zou hem kunnen zijn.