Vroege lenteberichten

Rode kelkzwammen

 

Gisteren (16 maart) wandeling gemaakt vanuit Delfzijl. Ja, waar wij al niet naartoe gaan in deze tijd... Daarbij kwamen we onder andere door het Biessumerbos, een gevarieerd, vrij vochtig loofbos, op klei, van ongeveer een halve eeuw oud. Daar viel ons oog op rode kelkjes naast het pad. Toen we verder keken bleek de bodem over enkele honderden vierkante meters bezaaid met rode kelkzwammen.

 

S.l. natuurlijk; om wat mee te nemen en bij iemand met een microscoop af te leveren was me te veel gedoe.

Een grove schatting kwam uit op 400 vruchtlichamen en dat is beslist een onderschatting, want ik heb niet het hele terrein afgespeurd. De Rode kelkzwam s.l. is in Groningen natuurlijk bepaald niet zeldzaam. Maar zo veel heb ik er nog nooit bij elkaar gezien. Een prachtig gezicht!
De bosbodem ter plekke lag vol met takken, deels losjes begraven onder strooisel en bladafval en deels bedekt met mos. Ideaal voor de kelkzwammen dus.
Het bos is begin jaren zeventig aangelegd om het 'toenemende' aantal inwoners van Delfzijl 'recreatief uitloopgebied' te bezorgen. Men ging er toen nog van uit dat Delfzijl zou groeien naar 80.000 inwoners. Het zijn er nu 16.000. De gemeente heeft het bos intussen overgedragen aan Natuurmonumenten.

Henk van den Brink (foto's en tekst)

Berichten van Wil Folkers uit het veld

Ook Wil Folkers kwam op de proppen met een foto van zo'n rode kelkzwam, maar wist er wel bij te melden dat dit toch echt de Krulhaarkelkzwam is. Die is onderzocht! Al 15 jaar lang weet Wil ze op een bepaalde plek (in een veentje bij Vries) te vinden. Waar precies meldt ze niet, want dat moet kennelijk maar geheim worden gehouden. We hebben nu al een trits aan meldingen van deze 'bekers' waaruit je kunt opmaken dat ze bepaald niet zeldzaam zijn. Dat is trouwens al eerder gemeld, zoals hierboven, en ook dat dit voor beide soorten (Sarcoscypha austriaca en S. coccinea) het geval is.

Ik ben al heel wat jaartjes actief in de natuur (ook lijfelijk), maar heb in al die jaren nog nooit het genoegen mogen smaken IJshaar tegen te komen. Maar er zijn altijd mazzelkonten die er wel tegenaan lopen, zoals Wil, Zij maakte de foto eind januari in Vosbergen, het bos ten oosten van Eelde-Paterswolde, waar we met de werkgroep ook wel eens komen. Toen ik nog een column schreef is IJshaar ook wel eens benoemd en om daar nu weer uitgebreid over te verhalen lijkt me niet nodig. Op Wikipedia kun je een kort en bondig stukje lezen: https://nl.wikipedia.org/wiki/IJshaar

De derde foto bracht nogal wat hoofdbrekens teweeg, want waarmee hadden we te maken? Wil meldde dat ze de trilzwammetjes van hooguit 1 cm had gevonden op een takje van een Robinia pseudoacacia. De meest fantastische namen borrelden op en één ervan was die van de Toltrilzwam (Exidia recisa). Henk Pras was degene die met deze suggestie kwam en uiteraard reageerde Wil enthousiast, want dat is een zeldzame soort. Maar niet veel later kwam Henk met een andere naam aanzetten, het zou maar zo 'gewoon' een Echt judasoor in een pril stadium kunnen zijn. Daarna offerde ik een zwammetje op (Wil had het takje gebracht) door hem eens microscopisch te beoordelen. En warempel, het was een Echt judasoor. Wil reageerde hierop teleurgesteld: "Dit is een tegenvaller. En het zag er zo leuk uit".

 

 

Krulhaarkelkzwam

IJshaar

Echt judasoor

Verweven leven

Via Immy Boonstra kwam ik achter het bestaan van dit boek en niet veel later attendeerde Marian Hulscher er ook nog op en dat het onder paddenstoelenliefhebbers 'een must' is werd me duidelijk toen ik Geertje Geertsma en haar partner tegenkwam in 'Mijn Bos' dat ook wel bekend staat als De Kleibosch. Liever zie ik er als ik daar vertoef geen mensen, maar er zijn altijd uitzonderingen op de regel. Op de een of andere manier kwam dit boek ter sprake en ook Geertje toonde zich er verrukt over.

Marian prees het boek als volgt aan:

"Ik lees 'Entangled Life' (Verweven leven) van Merlin Sheldrake. Misschien heb je het boek ook al, anders een aanrader. Alle hoofdstukken zijn de moeite waard, maar de Oesterzwam die ik op 23 januari in Het Scharlaken bos fotografeerde kreeg ineens een bijzondere betekenis. Witrot zwammen, met name Pleurotus, Trametes en Ganoderma schijnen kampioenen te zijn in het verorberen van allerlei ingewikkelde moleculen (stoffen) uit onze moderne vertechnologiseerde samenleving. Zo 'eet' Pleurotus in twee maanden ongeveer 85% van vuile luiers op, terwijl slechts 5% wordt opgeruimd bij schimmelvrije controles. En... die Oesterzwammen waren lekker en gezond voer voor de onderzoekers. De zwammen kunnen getraind worden om bijzondere stoffen af te breken. Je rolt van de ene interessante, leuke, bijzondere... enfin vul nog maar wat in... verbazing bij het lezen van het boek".

Zelf ben ik er (nog maar net) ook mee begonnen en lees dat er nog maar 6% van alle schimmelsoorten zijn beschreven (ze schatten het werkelijke aantal op 2,2 - 3,8 miljoen). Dat is 6 tot 10 keer meer dan het aantal bekende planten. We hoeven ons dus niet te vervelen! Over schimmels wordt verder opgemerkt dat we nog maar net zijn begonnen met het begrijpen van de complexiteit en de stabiliteit van het leven ervan. Als onderzoeker verkeerde hij met andere wetenschappers van divers pluimage in een stukje oerwoud van enkele hectaren dat evenveel houtige gewassen kent als in heel Europa. Je zou er jaloers van worden! Het boek staat vol met 1001 andere wetenswaardigheden. Een must dus voor mensen die zich met paddenstoelen bezighouden, maar ook voor hen die dat (nog) niet doen.

 

Boomvalk en Zandtulpje (-achtige)

Jan de Vries zag op 22 maart al een Boomvalk in het Fochteloërveen. Zo vroeg heb ik ze nog nooit gezien en Boomvalken associeer ik altijd met libellen. Zodra die verschijnen is er (in mijn optiek) kans op een waarneming van een Boomvalk. Dat is vanaf media april tot in mei. Ik vroeg Jan dan ook of hij het wel zeker wist. Dat wist hij zeker, want als je zo'n vogel op ca. 20 meter langs ziet scheren kan het niet missen. Dat had een mooi plaatje kunnen opleveren, maar Jan had geen camera bij zich (een doodzonde). Hij verwees me nog naar Waarneming.nl waarop eerdere waarnemingen van Boomvalken stonden. Een heel late, op 18 december, viel op en ze waren ook al op 17 januari, 13 februari en daarna nog een aantal keren waargenomen. Zo zie je maar weer dat je als vogel je nooit onbespied kunt wanen in Nederland. Terloops meldde Jan dat daar ook een Klapekster zat, maar die kun je daar (en ook in de omgeving van Roden) verwachten.

Verder meldde Jan zowaar nog een paddenstoel uit het veen:

"Vandaag ook twee op het Zandtulpje lijkende paddenstoelen gevonden langs het schelpenpad door het Fochteloërveen en een exemplaar op het pad door het veen dat naast  het schelpenpad loopt. Helaas had ik geen fototoestel en telefoon bij me.

De vorm was van een tulp en ik googelde op tulp / paddestoel  en toen kwamen foto's van Aldert Gutter tevoorschijn : het Zandtulpje. De kleur was precies hetzelfde. olijfbruin en de textuur leek er sprekend op. Is er ook zo'n soort voor het binnenland?

Ik zie net in Fungi of temperate Europe dat Peziza een complex genus is".

Dat laatste mag je gerust stellen en een goede foto was mooi geweest, maar dan nog levert dat meestal geen naam op. Er zijn maar een paar soorten Peziza die je zonder microscopische controle kunt (en mag) benoemen: de Voddenbekerzwam, Molmbekerzwam, Zwavelmelkbekerzwam, Vroege bekerzwam en ook het Zandtulpje kun je in het veld herkennen. Voor de overige ca. 40 bekerzwammen van het geslacht Peziza geldt dat microscopische controle verplicht is. Dat Jan een Zandtulpje had gezien leek me onwaarschijnlijk en ik verwees hem naar de Verspreidingsatlas waarop is te zien dat hij strikt is gebonden aan de duinen langs de kust (een zeereepsoort dus): https://www.verspreidingsatlas.nl/0662010                                                                                                                                                      Je weet het echter maar nooit of het hem wel is geweest en daarom is het zo jammer dat er geen foto is gemaakt, want dan had je misschien kunnen zeggen: "Ja, onmiskenbaar, datissum".

 

 

Rondje Lauwersmeer

Met mijn vogelvriend Erick Turksema heb ik weer het maandelijkse rondje in het Lauwersmeer gemaakt. Dat zou op het eind van het jaar moeten leiden tot een score van (hopen we) 200 soorten, maar dat is niet echt realistisch. Bij deze wil ik dat aantal bijstellen tot 175 en dat wordt al een ambitieus streven. Voorlopig is de stand van zaken dat er door ons 92 soorten zijn gespot, maar met de maanden april en mei in het verschiet kan dat aantal flink worden opgekrikt. Deze keer werden op deze dag maar liefst 7 Zeearenden gezien (een keer drie tegelijk), maar daar kan een dubbeltelling bijzitten. Voor Erick was de Zeekoet van hiernaast een bijzondere waarneming, want die had hij nog nooit gezien. Meestal zie je ze ver op zee, of, dat gebeurde in het verleden vaak, dat ze als stookolieslachtoffer op het strand aanspoelden. Ik vertelde Erick nog over een keer dat ik op Ameland was en op het eind van de Strandweg (Nes) uitzicht had op de zee en daarover een Kleine alk zag komen aanvliegen die pardoes in de goot van de strandtent aldaar landde. Daar zat hij maar even en vloog toen weer weg. Ik was zo verbouwereerd dat ik vergat het tafereeltje vast te leggen. Inderdaad, (een) doodzonde.

 

Muizenissen

Als vogelliefhebber zorg ik ervoor dat de vogels bij ons in de buurt goed gevoed de winter doorkomen. Daartoe bewaar ik in ons schuurtje achter in de tuin een voorraadje vogelvoer. Op een dag ontdekte ik dat er van het voer was gegeten en dus verplaatste ik het voer naar de bovenste trede van een aluminium trapje. Helaas bleek dat niet te werken. Mijn gedachte was dat dit het werk moest zijn geweest van een Bruine rat, waarvan onze buren er al eens één hadden gevangen. Die was volgens mij in staat de treden van het gladde trapje te nemen en dus installeerde ik een rattenklem. Groot was mijn verbazing dat ik daarin niet een Bruine rat ving, maar een muis. Dat noopte me ertoe het voer thuis naar de bijkeuken te verplaatsen. Bruine ratten wil je liever niet achter je huis hebben, maar op muizen zit je ook niet echt te wachten en dus volgde actie. Dat leidde tot 'de oogst' die jullie hiernaast (gestapeld) zien afgebeeld. De koptekst had ook kunnen luiden: "Elftal leidt smadelijke nederlaag", of: "Elftal loopt in de val van tegenstander", en zo zijn er wel meer variaties mogelijk, maar dat is een beetje ongepast. Onze webmaster vindt het sowieso ongepast een dergelijke foto te plaatsen, maar ik ben iets minder teerhartig.

 

Voetprent

Marleen Riegman en Hans Klamer kwamen op één van hun wandelingen de prent in het zand tegen en vroegen zich af of dit wellicht de afdruk van een Das kon zijn, maar noemden de maat er niet bij. Ik grapte daarom dat het misschien de prent was van een Bruine- of Zwarte beer, of, nog sensationeler, van een Grizzlybeer. Maar dat achtte ik zelf onwaarschijnlijk, want de foto (van Marleen) was gemaakt in de buurt van de Stenhorstdijk bij Peizerwold. Daarvan is bekend dat er Dassen voorkomen, die trouwens elders  in de gemeente Noordenveld een behoorlijke populatie kent. Het is dus een afdruk van een Das.

Hans en Marleen verlangen (wie niet?) naar het einde van de Corona-crisis, zodat ze weer op reis kunnen. Op hun blog houden ze van hun verkenningen in Nederland een verslag bij, maar vooral van hun vele reizen die ze 'in den vreemde' ondernamen:  hier

Onderaan hun blog zie je rechtsboven het reclameblokje van D-reizen een verwijzing naar: oudere posts, waarop al hun verslagen zijn te zien en dat zijn er nogal wat. Zo kun je op virtuele wijze elders verkeren en misschien brengt het iemand op het idee om ook in een bepaald land rond te reizen.

 

 

 

 

Onbekende paddenstoel

Henk Haantjes stuurde me de foto (die een stuk scherper had gemogen) met de vraag er een naam aan te geven. Informatie was er ook: de zwam groeide op een dode berkenstam. Qua structuur vond ik hem wel op de Toefige labyrintzwam lijken maar ben daar niet zeker van. Daarom de foto maar gestuurd naar Henk Pras met de vraag of hij er ook een Toefige labyrintzwam in kon ontdekken of dat hij er iets anders in zag. Henk kwam al snel met een antwoord (op zijn kenmerkende, uitvoerige, analytische wijze): "Zou kunnen". Dus dat betekent dat het ook iets anders kan zijn... is mijn analyse dan. Misschien is het toch 'gewoon' een aangetaste en daardoor misvormde Berkenzwam. Aan jullie de vraag of er andere suggesties zijn. Reacties zijn welkom!