Op 2 november 2020 waren we met de werkgroep actief in de Lettelberterpetten. Later kwam van Henny Klein het hiernavolgende bericht:

 

8-10 Henny aan Cees en Inge:

Over excursie Letterbetter Petten:
Ik heb nog een heel verrassende toevoeging voor jullie: Hypoxylon subticinense!
Pas dagen later keek ik wat nog in mijn doosje zat en eigenlijk Cees had willen laten zien. Het meeste geloofde ik wel, maar een takje met kleine oranjebruin korstzwammetje met een geel randje intrigeerde me.

Overal bladeren en zoeken: Veldgids van Dam gaf een optie: een platte Hypoxylon.
Er zijn meerdere soorten -> Verspreidingsatlas bekeken-> verwees naar artikel in Coolia 60-3 van Inge en Mirjam.

Beschrijving klopt:  vl met bredere gele rand hadden geen gaatjes, maar een iets donkerder vl met weinig geel had duidelijk gaatjes en en er was ook een oud, zwart vruchtlichaam op het takje - met gaatjes  (kennelijk was het takje een keer gedraaid, misschien door afvallen).

Mic: eerst wat van zo'n gaatje gepakt van het verse rijpe vl en geplet in KOH (ik heb 3%): er kwam er wat oranjebruine kleur vrij, OK.  Volgens het artikel zijn er twee soorten, simpel te onderscheiden door de sporengrootte. Nieuw preparaatje, sporen meten (waren er niet zoveel): duidelijk de grote maat (bijlage pixi), H. subticinense.

Habitat klopt ook: in die nattige struwelen langs het pad, en het takje kan best wilg zijn, maar dat weet ik niet zeker.

Vragen:
Is hier nog een speld tussen te krijgen?
Wat doe ik hier verder mee, moet het bewaard, gedroogd?

21-10-2020  Inge Somhorst aan Henny

Ha Henny,

Ik heb gekeken naar Hypoxylon subticinense en dat lijkt goed te kloppen. Ik wil hem wel graag bewaren, kun jij me nog details over vindplaats (Lettelberter Petten?), datum, milieu en evt houtsoort vertellen?

22-10-2020 aan Inge:

De gegevens: 2-10-2020 Lettelberter Petten, los takje op de terugweg (dat was deze keer de weg langs de westkant) in het bossige struweel langs de rechterkant. behoorlijk nat gebied. Daar groeit vooral wilg, maar dat niet alleen denk ik?

 

Van Cees: Deze Hypoxylon staat niet in Naam & faam (van de Werkgroep Paddenstoelenkartering Nederland), maar heeft intussen wel een Nederlandse naam gekregen: Grootsporige platviltkorstzwam. Hij wordt gemeld in de nieuwesoortenlijst van de NMV en is één van de ruim 700 soorten die er sinds 2013 zijn bijgekomen. Vele ervan moeten nog van een Nederlandse naam worden voorzien. Met al die nieuwe soorten erbij zijn er nu al zo'n 6000 paddenstoelen (incl. roesten en slijmzwammen) in Nederland bekend.